Sterretjesgras (Rhodohypoxis baurii)

Sterretjesgras wordt ook wel Roodsterretje en rapsterretjes genoemd en voelt zich thuis op een zonnige plek in een rotstuin. Deze plant is maar matig verkrijgbaar, maar is een must voor iedere rotstuinliefhebber. Eigenlijk is deze hippe plantje alleen maar geschikt voor in een rotstuintje omdat hij kieskeurig is qua verzorging, standplaats en grondsoort. Naast een zonnige standplaats verlangt Sterretjesgras een matig voedselrijke bodem en de bodem moet kalkvrij en wat stenig zijn zoals dus in een rotstuin het geval is. Het is geen woekeraar en laat zich goed combineren met allerlei andere soorten beplanting.

Van mei tot in oktober staat Sterretjesgras in de bloei (langbloeier) en hij wordt maximaal 5 tot 15 centimeter groot. Omdat het een klein plantje blijft is het niet nodig om te snoeien. Vergeet niet regelmatig water en voeding te geven als hij in de bloei staat. In de winterperiode hoeven ze maar weinig water.

Dit knolgewas is matig winterhard en bladverliezend. Sterretjesgras kan in de winter temperaturen verdragen tot -5 graden Celsius. Anders moet dit leuke plantje in de winter worden afgedekt, maar in een pot vorstvrij in een kas zetten kan natuurlijk ook. Het zijn planten met bolletjes en als u ze binnen kweekt dan kunnen ze vanaf begin maart worden verpot. Dan zorgen ze vanaf eind april weer voor nieuwe groei en bloei. Uitgebloeide bloemen kunnen beter worden verwijdert zodat er weer nieuwe bloei kan ontstaan. Als u meerdere plantjes wilt planten dan is de aanbevolen plantafstand tot elkaar 15 tot 20 centimeter.

Deze mooie sterachtige gemarmerde bloemen bloeien in de kleuren wit, lichtroze, donkerroze tot rood (paars). In het midden van de bloem liggen de bloemblaadjes zo dicht bij elkaar zodat het lijkt of de bloem gesloten is (closed eye). De meeldraden, stamper en vruchtbeginsel zitten dus helemaal verborgen in deze bloem. Dit leuke plantje trekt ook bijen en vlinders aan.

Oorspronkelijk komen ze voor op grote hoogte (1000 meter tot 2300 meter) in Zuidelijk Afrika. Daarom wordt Sterretjesgras ook wel een alpineplant genoemd. Alpineplanten groeien namelijk boven de boomgrens. Deze soorten hebben zich aangepast aan de barre levensomstandigheden op grote hoogte in de bergen en kunnen dus goed tegen droogte, kou en het sterke licht.

Sterretjesgras heeft behaarde stengels en bladeren. Hierdoor hebben slakken weinig trek in dit plantje, want slakken kunnen een plaag vormen in een tuin en een complete kaalslag veroorzaken bij bepaalde plantjes. Deze behaarde stengels zorgen er tevens voor dat de plant minder water verliest op een warme dag. Ze kunnen op deze manier ook ervoor kiezen juist meer water kwijt te raken door het transpiratie-oppervlak te vergroten als de grond vrij nat is.